NVvH voor leden

Verkrijg hier toegang tot exclusieve NVvH ledencontent.

13 juli 2023

Bernard Elsman over Erkenning SEH-arts in Medisch Contact

Hoe verhoudt de erkenning van spoedeisende geneeskunde zich tot de toekomstige inrichting van de acute zorg? Dat wil inmiddels demissionair VWS-minister Ernst Kuipers weten voordat hij hier een knoop over doorhakt. Daarmee laat een beslissing hierover nog op zich wachten.

In maart besloot het College Geneeskundige Specialismen (CGS) om de SEH-arts als medisch specialist te erkennen, na een eerder negatief standpunt hierover. Sindsdien is het wachten of Kuipers dit CGS-besluit overneemt en daarmee definitief maakt. In een brief aan de Tweede Kamer heeft hij echter laten weten dat hij nog geen beslissing kan nemen.

Kuipers schrijft dat de erkenning ‘nog verdere doordenking vraagt’ door overleg tussen de Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulpartsen (NVSHA) en de Federatie Medisch Specialisten (FMS), en dat hij van hen nog een terugkoppeling wil. Verder zegt hij te willen kijken of erkenning ‘past binnen de beleidsvisie’ van zijn ministerie, of erkenning niet zal leiden tot ‘negatieve effecten, zoals bijvoorbeeld een ongewenste verhoging van de zorgvraag of ongewenste macro-economische effecten’. Ook wil hij kijken wat erkenning betekent voor ‘opleidingsduur, financiële middelen en de verhouding met andere specialismen’. En erkenning mag volgens hem niet leiden tot ‘nadere kwaliteitseisen die niet passen binnen de toekomst van de acute zorg’.

Verrast

De Tweede Kamer had Kuipers onlangs juist per motie tot spoed gemaand. Ook de SEH-artsen willen het liefst zo snel mogelijk een knoop doorgehakt zien. Voorzitter David Baden van de NVSHA zegt ‘verrast’ te zijn over het gegeven dat de minister nadere voorwaarden aan erkenning stelt, ‘aangezien het CGS al de inhoudelijke beoordeling heeft gedaan’.

Kuipers’ Kamerbrief heeft bij de NVSHA-artsen in ieder geval tot onduidelijkheid geleid over wie er nu welke informatie moet aanleveren om Kuipers te helpen bij het nemen van een beslissing. De NVSHA heeft het ministerie daar nu zelf weer schriftelijk om opheldering over gevraagd. Baden: ‘We zouden graag eerst duidelijkheid willen over de randvoorwaarden die Kuipers stelt. Dan is het aan ons om te kijken of we die randvoorwaarden kunnen waarmaken, en of die passen binnen onze visie van acute zorg.’ Dat het kabinet inmiddels is gevallen, leidt bij de NVSHA ook tot zorgen ‘dat het proces langer kan duren’, aldus Baden. ‘Het is nu ook lastig om in de huidige situatie nog bepaalde vragen te beantwoorden.’

Positionering

Voorzitter Bernard Elsman van de NVvH (Nederlandse Vereniging van Heelkunde) heeft ook behoefte aan meer duidelijkheid, maar dan wat betreft de positionering van de SEH-arts na erkenning ten opzichte van andere medisch specialisten. Deze wetenschappelijke vereniging stuurde samen met de verenigingen van internisten (NIV) en anesthesiologen (NVA) in mei een brief naar Kuipers waarin zij hun zorgen uitten over het ‘risico op een mogelijke verslechtering van de SEH-zorg’ door zo’n erkenning.

Deze medisch specialisten vragen zich af wat erkenning betekent voor de domeingrenzen waar SEH-artsen en overige medisch specialisten in werken, licht Elsman toe. ‘Wordt de SEH een closed format, waarbij de SEH-artsen verantwoordelijk zijn voor alle patiënten die zich daar melden? Hoe is het geregeld wanneer een patiënt na behandeling op de SEH poliklinisch moet worden vervolgd? En hoe gaat het met patiënten die al in een behandeltraject zitten en zich met een acute zorgvraag op de SEH melden? Dat is nog een lopende discussie en zal zich de komende tijd moeten ontwikkelen.’ Vanwege die behoefte aan meer afbakening is Elsman wel blij met de stap van Kuipers om eerst nog meer informatie te willen. Hij benadrukt niet tégen erkenning te zijn.

Samenwerking

De FMS ziet in de Kamerbrief geen aanleiding om in samenspraak met de NVSHA nog meer toelichting te geven op Kuipers’ punten van zorg, laat een FMS-woordvoerder weten. De FMS zegt de zorgpunten van de NVvH, NIV en NVA te herkennen en daar ook eerder in een eigen visiedocument over acute zorg op te hebben gewezen. Volgens de FMS is ‘goede samenwerking tussen alle disciplines van belang’ nu acute zorg ‘steeds complexer wordt met meer multimorbiditeit, vergrijzing en polyfarmacie’. ‘Een deel van de acute zorg is onderdeel van de chronische zorg en een deel van de acute zorg heeft specialistische (na)zorg nodig.’

De FMS gaat ervan uit dat Kuipers binnenkort met duidelijkheid zal komen, en dat is ook de verwachting van het CGS. Volgens een woordvoerder van het CGS is het nog niet eerder voorgekomen dat een minister een positief CGS-advies niet volgde.